Uit de gemeentelijke oudheidkamer (nr.4)

Heemkronijk jaar:1992, jaargang:31, nummer:4, pag:156 -158

UIT DE GEMEENTELIJKE OUDHEIDKAMER VAN GELDROP

 De klepper en het controlehorloge van de Geldropse nachtwacht

door: A.G. W.G. van Asten

 

De klepper en het controlehorloge zijn afkomstig uit het oude gemeen- tehuis, waar zij de schoorsteenmantel van de burgemeesterskamer sierden. In 1964 zijn zij via oud-secretaris W. Verhagen aan de oudheidkamer geschonken.

De beschrijving van deze twee voorwerpen is reeds onder de loep genomen door wijlen Jan van de Vijver, die in de jaren 1940-1946 in het Geldrops Courantje 6 stukjes schreef met de titel "Uit het dagboek van de nachtwacht".(1)   

 

De twee voorwerpen, de klepper en het controlehorloge, vormden de uitrusting van de nachtwacht. De eerste berichten over de aanstelling van een nachtwacht lezen  in de notulen van Drossaard en schepenen in Geldrop van 26 juni 1734. Hierin staat te lezen dat zij in deze vergadering "de dringende noodzakelijkheid van aanstelling voorstelden van een "Clapwaker'"', zoals dat trouwens al in 1732 door de Hooge Mogende Heeren Staten Generaal was verordonneerd.

Het instituut "nachtwacht" heeft tot in het begin van deze eeuw bestaan. Van de Vijver heeft in de jaren 1940-1946 beschikt over een dagboek van de nachtwacht, dat helaas is verdwenen. Dit dagboek gaf een interessante beschrijving van het werk van een nachtwaker tegen het einde van de 19e eeuw.

De nachtwacht begon zijn nachtelijke tocht met de roep:

"Elf uren heeft de klok. De klok heeft elf".

Een tocht die duurde tot vier uur in de morgen. Hij moest iedere nacht een strookje in het horloge plakken, dat precies weergaf op welke plaatsen hij die nacht geweest was. De route kon hij niet op eigen gelegenheid kiezen, hij was gebonden aan plaats en tijd. Op acht verschillende punten in de gemeente waren kastjes opgehangen, waarin aan een kettinkje een sleutel hing. Met deze sleutel moest hij zijn horloge  opwinden, terwijl tegelijk een teken in het controle-strookje werd gedrukt.

Een van de bekendste nachtwakers is Joseph Foedere, gemeentebode en nachtwaker (geboren 10-05-1867, overleden 15-06-1939).

Op 18 februari 1894 nam hij voor het eerst klepper en controleklok ter hand. In zijn controleboekje staan diverse meldingen van nachtelijke branden en inbraken, zoals:

1.    5 juli 1894: brand fabriek A. v.d. Heuvel;

2.    6 december 1894: begin brand fabriek Raue en Bodde aan de   
       Helze;

3.   11 december 1896: brand fabriek H. Eycken en Zonen.

Verder staan diverse kleurrijke voorvallen vermeld, die niets met brand of diefstal te maken hebben. Wel zijn deze voorvallen belangrijk om de sfeer en omstandigheden van deze tijd te proeven.(2) ?

Tot slot nog een klein liedje uit plm. 1850, dat op school gezongen werd:

“Zou ik voor de klepper vrezen

O, die lieve brave man

Zorgt dat ik gerust kan wezen

En ook veilig slapen kan”.

 

NOTEN

1                In 1977 is als nr. 4 van de serie "Bijdragen tot de lokale geschiedenis van Geldrop" door het gemeentebestuur een bloemlezing uitgegeven uit het werk van Jan van de Vijver. Deze uitgave werd verzorgd door een redactiekommissie onder leiding van wethouder J.L. van Sante (thans burgemeester in Leende).

2                  Wie kennis wil nemen van deze kleurrijke verhalen, wil ik verwijzen naar de in noot 1 genoemde "Bloemlezing uit het werk van Jan van de Vijver", die tegen een prijs van f 2,50 verkregen kan worden bij de beheerder van het kasteel, de heer J. Snippe.

Ga terug