Notities van de Pinksterdagen 1940

Heemkronijk jaar:2018, jaargang:57, nummer:1, pag:6 -10

Notities van de Pinksterdagen 1940
Het verhaal van Aaltje Mulder-van Hoeven

door: Guus Braun

Meer dan 70 jaar na het einde van de Tweede Wereldoorlog duiken af en toe nog steeds herinneringen op, die inwoners van Heeze in die heftige periode aan het papier hebben toevertrouwd. Zo vonden we kort geleden in het archief van kasteel Heeze twee handgeschreven blocnotevelletjes met ‘Notities van de Pinksterdagen 1940’[1]. Het zijn aantekeningen, gemaakt tussen 9 en 16 mei 1940 door Aaltje Mulder-van Hoeven, echtgenote van de toenmalige rentmeester van het kasteel, Hijmen Mulder.

In dit artikel worden deze notities letterlijk overgenomen. Er zijn geen veranderingen of verbeteringen aangebracht in taalgebruik en (oude) spelling, alleen de interpunctie is hier en daar wat aangepast. Vervolgens volgt een korte beschrijving van de personen, die in deze notities genoemd worden (voor zover bekend).

Detail uit de notities van Aaltje Mulder-van Hoeven. 

De Notities van Aaltje Mulder-van Hoeven

[Donderdag] 9 Mei:

Gespannen toestand. 's Namiddags vertrekken Mijnheer met Mevr. van Rosenthal en Wouter. De bedoeling is dat Mijnheer en Wouter den volgenden dag terug komen.

In den nacht van 9 op 10 Mei ordonnans aan de poort voor Majoor Kloppenburg en Kapitein Boer. Duitschers de grens over. Oorlog. Vertrekken om 2 uur.

Er komen vele vliegtuigen over. De ramen rinkelen van het schieten en wij gaan niet meer naar bed. Ongeveer om half vijf komen hier Hollandsche Roode Kruis soldaten.

Afweergeschut wordt bij de poort gezet. Wordt ook een paar maal geschoten, maar iets geraakt. Zij hebben honger wij geven hen thee en brood met ham. Ook [aan] de dokters en Majoor en Kapitein welke intusschen weer teruggekomen zijn. Dan nemen ze afscheid en vertrekken ongeveer half acht.

Ook de marechaussee vertrekken dien dag en juffrouw Kok komt 's avonds hier met aar zoontje. 's Nachts horen wij weer vele vliegtuigen en schieten.

Zaterdag 11 Mei:

Gaan vele Hollandsche soldaten met paarden, motors enz. hier langs. Vele keeren ook weer terug. Ook komen vele vluchtelingen hier langs. Ook den nacht daarop van 11 op 12 Mei hooren we weer veel vliegtuigen en schieten. De familie Timmer en juffrouw Kok en haar zoontje slapen dien nacht op Kasteel.

[Zondag] 's Morgens 12 Mei, 1ste Pinksterdag

worden we opgeschrikt door schoten vlak bij. Alles rinkelt. Later hoorden we dat toen handgranaten waren gegooid op ijskelder, daar de Duitschers dachten dat daar munitie in zat.

In den nacht zijn al vele Duitsche troepen door Heeze getrokken, daar wij echter toen nog niets van wisten.

Wij gaan angstig naar buiten daar wij weer vlakbij hooren schieten. Duitsche soldaten, zwaarbewapend, staan voor de poort. Eerst 9 later 11. Ze dachten dat hier Hollandse soldaten zaten. Wij moeten hen overal voorgaan om alles na te zien. Toen ze zagen dat er niets was werden zij vriendelijker, gingen zitten, kregen brood met koffie en sigaren en de sinaasappels, die we hadden vroegen ze. Ze maakten een foto met ons er bij op en - vertrokken om half tien.

Dien 1ste Pinksterdag trokken ook weer vele troepen door Heeze. 's Avonds om acht uur kregen we aanzegging dat we inkwartiering kregen van Duitsche generaal met Staf. Deze heeft hier echter niet geslapen. Wel een Oberluitenant. Om 11uur kwamen ze weer en moesten de kamers zien. Moesten alle bedden opmaken die er waren. Ongeveer 25 officieren en onderofficieren sliepen hier binnen, ook op hooizolder, stallen, mangelkamer. Ongeveer 250 soldaten. Ze kwamen pas 's morgens om half vier. Dien nacht gingen we niet naar bed.

De ijskelder in het bos achter het kasteel waarvan de Duitsers dachten dat het een wapenopslagplaats was. 

[Maandag] 13 Mei:

Om 8.00 uur wil de Oberluitenant met officieren brood met koffie en spiegeleieren. Dan gaan ze naar boven. De heele binnenplaats staat vol auto's, keukenwagen enz.. Ook de achterplaats en garage tot zelfs bij eendenhok in den tuin staan de auto's. De weide voor het kasteel loopt vol met paarden. Ook voor het kasteel staat alles vol auto’s (gecamoufleerd).

's Morgens trekken weer vele troepen zingend voorbij.

Het afweergeschut staat in de weide.

's Middags speelt de radiowagen op de binnenplaats er lustig op los. In de keuken staat een kok voor de kachel die voor de officieren kookt. Wij zitten in het kamertje. 's Middags komt er bericht op de radio: Prinses met kinderen vertrokken. 's Avonds bericht: Koningin en - Regeering vertrokken naar Engeland.

Luchtfoto van kasteel Heeze anno 2014. In de meidagen van 1940 staan de twee binnenplaatsen vol met geparkeerde Duitse legervoertuigen.

Dinsdag 14 Mei:

Alles vertrekt 's morgens om 10.00 uur. Wij moeten de bedden en waschtafels en kamers in orde maken voor den Generaal. De Generaal is echter maar even hier geweest.

Den geheelen dag werken we om de boel weer wat op orde te krijgen. Ook op stal en in de garage knappen ze de boel wat op.

‘s Middags komen officieren rijtuig en getuig opeischen voor gewonden te vervoeren. Ook de auto van Mijnheer komen ze 's avonds halen. Honderden paarden en wagens trekken hier voor het kasteel en over de laan, die allen naar België gaan. Het wagentje van Mijnheer wordt weer teruggebracht. De generaal vond het mooi voor de Oorlog.

Dan gaan we naar bed en daar het rustig is durven we ons weer uitkleeden.

's Nachts om 1 uur wordt gebeld en wordt de auto van Mijnheer teruggebracht want hij was te klein. Weer naar bed. Slapen nauwelijks of worden weer opgeschrikt. Alles rinkelt van het schieten. Kleeden ons angstig aan en gaan, daar het weer rustig wordt, later weer gekleed op bed liggen.

[Woensdag] 15 Mei:

We halen weer wat vleesch en brood. 's Morgens komt Rina Timmer om half twaalf om wat brood en melk.

Er komen 6 Hollandsche soldaten uit het Bosch. Wij geven ze te eten en wat brood mede voor onderweg, want ze moeten loopen naar Holland. Zij vreezen geen Duitschers meer, daar ze er tegen kwamen die hun cigaretten gaven en hen zeggen gauw naar huis te gaan. Wij hooren nu ook dat Holland heeft overgegeven.

's Middags komen veel vliegeniers aan die naar Welschap moeten. Het vliegveld, dat de Hollanders stuk gegooid hadden, is in 2 uur tijds met werkloozen weer hersteld, vertelden ons Duitschers. 's Avonds verwacht men luchtaanvallen der Engelschen.

Eerst willen wij naar Timmer in de kelder gaan, maar besluiten dan hier te blijven en gaan allen gekleed in de eetkamer liggen op kermisbedden. Wij hooren echter dien nacht een paar maal schieten en vliegmachines.

Donderdag 16 Mei:

Vele vliegtuigen over naar Welschap. 's Middags komt Wouter uit Arnhem met berichten van Mijnheer. 17 Mei komt Mijnheer terug uit Arnhem.

Tot zover de notities van Aaltje Mulder.

Personen, die in de notities genoemd worden

Aaltje Mulder–van Hoeven

Aaltje Mulder–van Hoeven wordt op 8 mei 1906 in Heeze geboren als dochter van Evert van Hoeven en Cornelia Arina de Jong. Zij is de derde van zes kinderen. Haar vader, Evert van Hoeven, werkt als bosopzichter voor het kasteel. Hij komt op 4 oktober 1923 op tragische wijze om het leven, wanneer bij het vellen van een boom een zware tak op zijn hoofd valt.

Bericht in De Zuid Willemsvaart van 5 oktober 1923.  

 

Aaltje trouwt op 28 februari 1931 met Hijmen Mulder. Hijmen is op 13 juli 1905 in Ede geboren. In 1930 treedt hij in dienst van kasteel Heeze als voorwerker in de bossen. Begin 1940 volgt hij Christiaan Lambrechtsen op als rentmeester van het kasteel. In mei 1940 woont hij samen met Aaltje in het kasteel.

De functie van rentmeester heeft hij tot 1962 vervuld. Hij overlijdt op 12 juli 1980 in Geldrop aan de gevolgen van een verkeersongeluk. Aaltje van Hoeven is al op 28 maart 1976 overleden.

Foto van de familie van Hoeven uit ca 1917. In de deuropening van hun huis, Kapelstraat (tegenwoordig no 72) in Heeze, staan Evert van Hoeven en zijn vrouw Cornelia Arina de Jong. Op de voorgrond hun kinderen (van links naar rechts): Aaltje (schrijfster van de notities in 1940), Dirkje, Jannigje, Pieter, Johannes en Hendrik. Oudste dochter Jantje ontbreekt op de foto.

Rentmeester Hijmen Mulder (r) met de baron op het feest in 1952 ter gelegenheid van het feit dat Samuel John vijftig jaar kasteelheer in Heeze was. 

Mijnheer

Met ‘Mijnheer’ wordt Samuel John baron van Tuyll van Serooskerken bedoeld, toenmalig eigenaar en bewoner van kasteel Heeze. Hij is op 6 januari 1874 in Arnhem geboren. In 1901 erft hij het kasteel van zijn achternicht Ursula barones van Tuyll van Serooskerken, die op 22 november van dat jaar op bijna 97-jarige leeftijd is overleden. Met haar overlijden is de Heezer tak van de familie van Tuyll van Serooskerken uitgestorven. Samuel John is tot zijn overlijden op 20 februari 1955 kasteelheer van Heeze geweest. Hij ligt begraven in een familiegraf op de begraafplaats Moscowa te Arnhem.

Samuel John baron van Tuyll van Serooskerken, geboren in Arnhem op 6 januari 1874. Hij was van 1901 tot zijn overlijden op 20 februari 1955 eigenaar en bewoner van kasteel Heeze.

Mevr. van Rosenthal

Johanna Wilhelmina van Rosenthal-van den Bergh wordt op 26 september 1881 geboren in ’s-Gravenhage. Zij trouwt op 5 augustus 1902 in 's-Gravenhage met Theodoor Lodewijk Samuel Nedermeijer ridder van Rosenthal, (* 1867, Sneek). Hij is een vriend van Samuel John baron van Tuyll van Serooskerken.

Mevrouw van Rosenthal heeft van juli 1940, kort na het overlijden van haar echtgenoot, tot juli 1945 op kasteel Heeze gewoond. Vermeldenswaard is dat ook zij een oorlogsdagboek heeft bijgehouden en wel over de periode 31 augustus 1944 - 17 februari 1945. Dit dagboek is al eerder in de Heemkronijk gepubliceerd.[2]

Hanny van Rosenthal-van den Bergh is omstreeks 1959 in Amersfoort overleden.

Wouter

Dit is Wouter Bos, geboren 4 augustus 1883 in Barneveld. Hij trouwt in 1905 in Ede met Aaltje van den Berg. In 1908 krijgen ze een zoon, Klaas. Nadat zijn vrouw en zoon in 1908 overleden zijn, vestigt hij zich in 1909 vanuit Ede in Heeze. Wouter Bos treedt in dienst bij de baron als chauffeur en huisknecht. Op 28 december 1917 hertrouwt hij met Diena Wilhelmina Kolkman en woont met haar en hun zoon Hendrik in de Kapelstraat (tegenwoordig no 64) in Heeze. In 1948 gaat hij met pensioen. Hij overlijdt op 3 januari 1962.

De chauffeur van de baron, Wouter Bos, achter het stuur van een Ford Tudor Touring Sedan uit 1935. 

Juffrouw Kok met haar zoontje

Dit is zeer waarschijnlijk Christina de Kok–van Dijk, geboren 26 maart 1894 in Zwolle. Zij is de echtgenote van Marinus de Kok, opperwachtmeester van de Marechaussee. Hun zoontje heet ook Marinus de Kok en is geboren op 3 januari 1926 in Teteringen. Ze wonen op Kreijl 49 in Heeze. Op 25 november 1940 verhuist Christina de Kok met haar zoontje naar Eindhoven, waar zij op 30 juni 1954 overlijdt.

De familie Timmer

Willem Silvester Timmer, geboren 3 juni 1889 in Baarn en Nieske van Kalkeren, geboren 8 juni 1894 in Lienden, trouwen op 16 november 1916 in Lienden.

Willem Timmer wordt in november 1916 door de baron benoemd als tuinbaas op kasteel Heeze. Hij vestigt zich op 23 november 1916 vanuit de Steeg in Heeze, waar hij met zijn vrouw de nieuw gebouwde tuinmanswoning bij het kasteel betrekt en hij krijgt de dagelijkse leiding over de groente- en fruittuinen. De opbrengst van de tuinen is niet alleen bestemd voor eigen gebruik op het kasteel, maar wordt ook verkocht aan de inwoners van Heeze. Hun kinderen Evert en Hendrina Alberdina (Rina) worden er geboren op respectievelijk 7 november 1918 en 17 maart 1921.

Willem Timmer is tuinbaas van kasteel Heeze gebleven tot augustus 1959. Dan verhuist het echtpaar Timmer naar Heerjansdam. Willem overlijdt 16 mei 1960 in Dordrecht, zijn vrouw Nieske 5 december 1969 in Heerjansdam.

Tuinmanswoning bij kasteel Heeze ca. 1931. 

Tot slot, hartelijk dank aan de heer C. Smit en de dames Timmer, kleindochters van Willem Timmer, voor hun aanvullende informatie.

De familie Timmer voor hun woning ca 1930: v.l.n.r. Dochter Rina, (schoon)moeder Van Kalkeren ?, Nieske Timmer-Van Kalkeren, zoon Evert en tuinbaas Willem Silvester Timmer. 

[1] Archief kasteel Heeze no F 490.

[2] C.S. Smit, C.S. en J.J.F. de Waal J.J.F., 'Het oorlogsdagboek in het kasteel van Heeze', in: Heemkronijk (2004-2005), 43 nr. 4 63–71, 44 nr. 1 5–11 en nr. 2 19– 25.
Ga terug