't Geslacht Pompem in Leende en Sterksel

Heemkronijk jaar:1964, jaargang:3, nummer:7,  blz.135 -143

’t Geslacht Pompen in Leende en Sterksel

door: A.F.N.v.Asten

Wie enigszins met de geschiedenis van Leende en Sterksel op de hoogte is, weet dat 't geslacht POMPEN vele eeuwen ‘n voorname rol gespeeld heeft in Leende, later toen Sterksel zich begon te ontwikkelen, vooral ook in dat dorp.

Bij m’n speuren naar deze familie kwam ik in 1445 al de naam Pompen tegen. Op 12 maart 1445 n.l. werd er rogge die Dirck Vossen van Ovelswegen schuldig was aan de erfgenamen van wijlen Goeyart Heymans; door hen ten behoef van den H.Geest (den armen) overgedragen aan Peter Pompe van Leende.

Na deze Peter ontmoetten we in 1586 Frans Pompen als leider van 'n oproer in Leende tegen de verhoging der gelden op 't vee door de schatsetters: de mannen die 't te betalen bedrag per beest vastzetten. Hij, Frans werd met Henrick Sroechs en Michiel van Put, als oproerling in Geldrop gevangen gezet en op 15 januari 1586 door Heer Amandt de Hornes, heer superintendant der dorpen van Heeze, Leende en Geldrop voor ‘t gerecht gedaagd. Hierbij werden verschillende getuigen gehoord; o.a. ook de pastoor van Leende zorgde voor een verklaring: ick ondergescreven verclaere midt desen my geexhibeert te zijn sekere interrogatorie (vragen) op feyte van clock trecken ter cause van oproer te en muterije te stichten, waer op ick verclaere, dat onbegrepen des tijts, hebben in de kerkcke van Leende geweest, alwaer ick geseten hebbe om biechte te hooren, ende is de klocke als doen aengeslagen. w.g. Anthonius ab Haren, pastoor Leendanis, 17 feb. 1586.

Hoe 't verder met Frans Pompen is afgelopen, vermeldt de geschiedenis niet. (2)

Verder gaande moesten in 1620 de voornaamte inwoners van Leende de eed afleggen op de placcaten: (verklaren deze te zullen onderhouden). Hier zijn bij: Jacob Pompen, gewesen burgemeester, Hendrick Stappanten, herbergier in de Leenderstraat en Bernardt Frans Stappanten alias Pompen, oudt-borgemeester in Leende.

In 1658 ontmoetten we Frans Jan Pompen waar de pachters van den impost op 't bier etc. verklaarden: ... aen den selven afgevraeght sijnde van wat neringen te willen doen, heeft verclaert alleenlijck te willen brouwen ende niet tappen. Deze pachters Wouter Haes en Hendrick van ..... kwamen ook op 1 oct. 1658 bij Jan Adriaen Pompen..... en vonden daer in sijnen kelder een half ton daer den craen insteeckt, daer op bevonden derthien duymen bier; verder alnoch een kyveken daer den craen insteeckt, wesende halff aff, verder alnoch in sijn brouwhuïs bevonden ses tonnen biers die welcken noch overgingen ende over mits deselven niet geheel vol en waren, de ses te enen genomen op vijff.. 'k Wil ook nog vermelden dat Jacob Strijbosch, tapper, in sijnen kelder,Diesterbier had. (2)a)

Aldus dese opneming gedaen door Meeuws van Mol, vorster tot Leende in presentie van Philips Amants ende Frans Pompen, Schepenen tot Leende 1658. Verder gaande krijgen we op 16-7-1681 in Leende 'n erfdeling (3) der goederen van Schepen Frans Hendrik Pompen en z°n vrouw Joostjen Anthonis Donckers. De zoon Willen Pompen kreeg toegewezen 't huis, op Oisterik, waar vader plach te brouwen.

Deze Willem huwde in Leende op 18-5-1681 net Geertruy Hendrick van Puth; op 22-11-1682 hertrouwde hij weer, nu met Elisabeth Heesterbeek. Uit dit laatste huwelijk verschillende kinderen o.a.: Reynerus Pompen, geb. 25-7-1687 te Leende.

Daar de stamboom die 'k van ‘t geslacht Pompen heb opgesteld, wat de vier eerste generaties betreft nog erg onvolledig is wil 'k deze nu overslaan en beginnen met voor mij de 4de generatie POMPEN.

IV. ADRIAEN FRANS POMPEN huwt als jongeman te Leende 14-7-1675 met Heyltgen Adriaen Naessen j.d. Uit dit huwelijk geboren te Leende:

V. FRANCIS ADRIAEN POMPEN, geb. Leende, huwt aldaar 8-2-1706 met Elisabeth Dirck van Velthoven ook te leende geboren. Uit dit huwelijk:

1. Joanna, geb. 21-2-1710 met als doopverheffers Adriaen van Velthoven en Margarit Pompen.

2. Adriaen, volgt V1

3. Theodorus, geb. 23-10-1712, huwt Leende 16-10-1746 Margriet van Velthoven. Hun dochter Joanna huwde net Arnoldus Hoeben. Theodorus Pompen was in Leende o.a. armenmeester en schepen. Ook leende hij geld aan Leende.

VI. ADRIAEN POMPEN geb. Leende 27-6-1707 (met als doopverheffers Johannes Pompen en Petronella van Velthoven, begijn te Turnhout) overleden aldaar 1-1-1786, huwt Leende 16-5-1734 Catharina 's Vossen, geb. Leende 27-3-1712 dr. van Wouter Wouter 's Vossen en Helena Geerit van Lijshout die 26-7-1707 te Leende huwden.De vader van Catharina was al in 1711 overleden. Volgens 't Landboek van Leende 1760 - 1766 en berustend in 't Gemeente-Archief te Heeze, bezat Adriaen zeer veel gronden en was hij zeer vooraanstaand en bemiddeld.

Ter gelegenheid van z’n gouden bruiloft liet hij zelfs in Den Bosch bij J.B.van Gulpen, boekdrukker in de Hinthammerstr. 'n oorkonde drukken.  En dat voor iemand uit Leende, nu bijna 200 jaar geleden, iets unieke. (5) Hoe 't komt dat de datum op deze oorkonde niet klopt met de trouwdatum, is me 'n raadsel.

Deze oorkonde begint aldus: "Jubelkrans uit kinderlijke erkentenis en zuivere dankbaarheid gevlochten voor onze waardste ouders: Adrianus  Pompen en Catharina Vos, op hunne goude bruiloft gevierd te Leende, den 20. van wijnmaand (=october) 1783."

Hierna volgt ‘n vers van 112 regels verdeeld over 2 kolommen met er onder nog 'n toezang van viermaal acht regels.

In dit zeer stijlvolle vers, dat door een der priesterzonen gemaakt moet zijn, wordt de zorg en vlijt en bekommernis der ouders bezongen. Er staat ook in te lezen dat Adriaen Pompen met eigen span en paarden, dikwijls naar de keurvorstelijke stad Keulen aan den Rhijn trok voor zaken te doen, hierbij was hem vuile winzugt vreemd en stond hij steeds klaar de armen van Leende te helpen. Op z'n gronden plantte hij eiken, berken en Elsen in dichte rijen. 't Was zelfs zo, dat zolang hij leefde, er  niemand één boom van die hij plantte mocht omdoen.

"Ziet eens die Heesters aan: Ik heb, om hen te laaven en vogt te geeven, in den droogsten Zomertijd, Hun wortelen gepoot, in eene schup met assche, Zij staan de hitte door, en groeyen als om strijd. Ziet eindelijk eens, hoe die eike Bosschen wasschen; ‘k Wil dat de Boomen die ik eertijds heb geplant, niet worden omgedaan, zolang als ik zal leeven"

Verder staat er in deze krans dat hij van de tien kinderen er nog zeven in leven heeft die nu 't feest meevieren: drie zonen en vier dochters waren er in 1783.

Uit hun huwelijk heb 'k gevonden de volgende kinderen:

1. Maria Elisabeth, geb. 20-1-1736, jong overl.

2. Walterus, geb. Leende 2-4-1739 en genoemd naar de vader van z’n moeder. Deze Walterus studeerde in Leuven, werd pastoor te Zeelst en stierf in 'n gezegende ouderdom te Leende in 't jaar 1792 (6).

3. Franciscus, geb. 3-11-1740 te Leende en waarschijnlijk jong overleden.  4. Godefridus Damiamus, geb. 19-3-1743, studeerde ook te Leuven en was rond 1789 pastoor te Lommel, overleden in 1812 (7).

5. Adriaen, volgt VII.

6. Maria Elisabeth, geb. 16-2-1750 te Leende en aldaar op 20-12-1828 overleden, zij huwde in 1792 net Adriaen Jan Mackr(e).

VII. ADRIAEN POMPEN, geb. 25-2-1745 te Leende en aldaar op 5-8-1813 overleden, huwde er op 4-8-1771 met Anna Dymphna van Engelen, geb. Leende 16-4-1752 en overleden Leende 15-10- 1833.

Deze Adriaen Pompen kocht in 1798 de "Heerlijkheid Sterksel" groot ong. 1660 ha. van de Abdij van Averbode voor de son van f. 1.000,- (8), omvattende 5 boerderijen en 'n kloosterhoeve.

Deze laatste stond aan de westzijde van 't huidige kerkhof; terwijl een kapel prijkte waar nu het kerkhof ligt. Het geheel was omgeven door een stevige muurschans. Patrones der Kerk was en is nog steeds de H.Catharina. Langs de hoeve liep de postweg van België naar Venlo, de pleisterplaats was in "De Braak", deze hoeve bezat volgens de overlevering, een haerd zo groot, dat er een lange kar in zou hebben kunnen keren.

De kinderen van Adriaen en Anna waren:

1. Adrianus, geb. Leende 16-5-1772

2. Wilhelmus, Franciscus, geb.Leende 24-6-1773. Hiervan stamde af: Theodorus Pompen, leerlooier en vader van Jacoba Pompen gehuwd met Jan Snelders; beiden jammerlijk in Sterksel verongelukt. Ook stamt hiervan Willem Pompen, olieslager in Leende, met nog vele nakomelingen in leven.

3. Maria Catharina, geb. Leende 24-5-1775

4. Maria Aldegonda, geb.  14-10-1776

5. Wilhelmina, geb. 6-6-1778

6. Francis, volgt VIII.

VIII. FRANCIS POMPEN, geb. Leende 8-10-1784 en overleden te Sterksel 9-2-1863, huwde in Leende 18-2-1810 (9) met Hendrina Elisabeth van Asten, geb. Leende l3-3-1788 en overleden Sterksel 3-1-1823, dr. van Johannes Frans van Asten en Maria Elisabeth Kemps (10). Uit hun  huwelijk o.a.:

1. Johannes Franciscus volgt IX.

Indien iemand meerdere kinderen weet, gaarne melding hiervan.

IX. JOHANNES FRANCISCUS POMPEN, geb. Sterksel 16-7-1821, overleden te Eindhoven 19-12-1901, (op zijn grafsteen staat: 9 october 1901 – red.) huwt te Leende met Maria Elisabeth Kemps (11), geb. Leende 23-3-1820, overl. Sterksel 21-5-1883. dr. van Joh.s Joseph Kemps en Maria Mack, beiden Leende. Hij, Johan Frans, bewoonde in Sterksel de villa. De vrouw van ons medelid Jan van Dijk uit Leende heeft hen nog gekend en kwam dikwijls op de villa. 't Zou me te ver voeren al haar interessante verhalen over Sterksel te vermelden. Niet nalaten kan 'k echter, te vermelden 'r werk bij Toon van Bree, geb. rond 1850. Toen van Bree zich in Sterksel vestigde en er 'n huis in de hei en wildernis zette, (de puisten stonden bij de bouw nog in de hert) kon hij zoveel grond omwerken en beboeren als hij wilde; alles voor niks, zei de heer tegen hem, van Bree boerde in 't begin met 3 koeien, door z’n zwoegen werden 't er dertien, verder 'n grote kooi schapen, 3 paarden enz. Hij was de eerste die in Sterksel met kunstmest begon. "Als de anderen niet mee willen doen bestel ik 'n wagon voor mij alleen, desnoods 3”. Ook vertelde ze van de "schoefelkes“ die Toon in de winterdag maakte van oude versleten "zessies“. Of van de strohulzenfabriek waar Jan Deelen baas was en f.6.- per week verdiende; de meisjes haalden er f.1- tot f.1.80 per week. Of van de tiend schuur waar mensen uit Leende kwamen dorsen voor f.0.25 per dag en waar ze zelf ‘t eten nog mee moesten brengen. Of van de "Belzen" die er met hun zware paarden bomen weg sleepten. Aldus m’n in Leende opgetekend verhaal.

Rond 1900 stonden er in Sterksel 16 boerderijen. De erfgenamen van de Heer Pompen - waaronder ook de bekende Mr.Dr. Jan van Best - droegen in 1914 de verkoop van Sterksel op aan Desiré Willems, makelaar in grond en woonachtig in Antwerpen.

Met de val van Antwerpen in 1914, vluchtte de Heer Willems naar Nederland en nam zijn intrek in de leegstaande woning van de Heer Pompen "Huize Sterksel" genaamd. Nog in dezelfde maand liet Willems een advertentie plaatsen waarin hij de heerlijkheid te koop aanbood. Enkele kapitaal-krachtige heren kwamen opdagen; dit leidde uiteindelijk tot oprichting van de N.V."De Heerlijkheid Sterksel“. Het gehele grondgebied werd door deze heren voor f. 500.000.- overgenomen in aandelen enz, met ‘n Raad van Beheer. Er werden grote plannen gemaakt: o.a. ’t villa-plan en 't plan tot drooglegging door een kanaal te graven om daarna tot ontginning te komen. De ontgonnen grond deed dienst, zowel voor bouwland als weiland (kunstweiden aanbevolen door de Heer Noordman).

In 1918 werd een stal gebouwd voor 144 koeien, kosten f. 45.000,-. De eerste Hollandse stal in Sterksel, met alleen zwartbont vee. In 1925 failleerde de Hanzebank en de Mij had geld bij opgenomen. Er werd door de aandeelhouders in Den Bosch tot verkoop besloten; voor f.350.000.- zou 't gegund worden aan 'n strohandelaar, Pastoor Thijssen en de Heer Noordman trokken naar Den Bosch en onderhandelden met 't bestuur. ‘sNachts om half een werden de heren overgehaald de gunning in te trekken.

Sterksel werd nu in percelen verkocht aan particulieren en bracht f.530.000.- op (8)

Verder gaande met m'n stamboom, kom 'k nu aan hun kinderen en tevens aan ’t einde:

1. Maria Catharine Wilhelma Pompen, geb. Sterksel 22-1-1853, overl. Valkenswaard 11-8-1883 en gehuwd met Antonius van Best, tabaksfabrikant uit Valkenswaard.

2. Antje gehuwd het Hegener. Hun dochter huwde net de zeer bekende Mr.Dr, Jan van Best. (12)

3. Franciscus geb. Sterksel, overleden op 32 jarige leeftijd, ongehuwd.  Hij kwam zeer veel in Heeze bij Brokken. Met hem kwam aan deze stam van de familie Pompen ’n einde. Deze Frans had met al z’n voorzaten dit gemeen: zijn goedheid voor arme nensen. ‘t Is meernalen gebeurd dat hij kleren zo maar wegschonk.

Bronnen, behalve 't Rijksarchief te Den Bosch:

1 . Register Schepenakten Heeze-Jezuiten, Den haag.

2. Processtukken 1586- Oud Archief te Heeze.

2a. Eveneens uit Oud Archief Heeze.

3. Den Bosch, RA Heeze 99 folio 232

Verdere delingen Pompen: o.a. RA Heeze R 100, fo. 288 d.d. 16 nov. 1688 en van Jan Adr. Pompen met Maria Thijs Swuesten, RA Heeze R 1O2 fo. 240. d.d. 1696.

5. Foto-copie van deze krans in bezit van Willen Maes, Leende, die deze gaarne ter inzage afstond.

6. Lijst van studerenden in Leuven: Rector Hens, Brab.Leeuw jaarg. 7 blz. 164.

In dezelfde lijst blz. 50: Antonius Pompen in 1670.

7. Lijst voornoemd: jaarg. 7 blz. l78.

8. Th.B.J.Noordman, "Welgelegen" D 23, Sterksel in zijn Werkstuk voor de Boerenleergang Cursus FH. 7 in 1951.

9. Losse minuten van akten van ondertrouw en trouw voor Schepenen van Heeze-Leende 1808-1810. Gemeente Arch. Heeze.

10. Families van Asten en Keymps - stamboom onderget.

11. De pastoers van Asten en Heeze: beiden Bartholemeus Kemps uit dezelfde stam.

12. Mr. Dr. J.v.Best heeft nog gepoogd de zaak te redden en de familie te laten deelnemen; aldus Dokter L.Raymakers te Helmond

 

DE VERKOOP AAN POMPEN.

“Ignatius Sleurs te Hogemierden als procuratie hebbende van Gregorius, Abt van de verdere leden van het Kapittel van Everbode, verkoopen aan Adriaan Pompen te Leende:

1. Pachthoeve de Poel, groot 20 bunders, 5 zillen, 48 roeden.

2. Pachthoeve den Steen , groot 22 bunder, 6 zillen 38 roeden.

3. Pachthoeve Ten Brake, 26 bunder, 5 zillen, 53 roeden

4. Pachthoeve de Kan, 15 bunder, 2 zillen, 98 roeden

5. Pachthoeve Den Bril, 12 bunder, 4 zillen, 4 roeden, en voorts alle heidebelden, moerassen, bosschen en ander gronden onder jurisdictie van Sterksel gelegen, uitgezonderd alleen het Sinjuriagilde, oude capel en een gedeelte van de heyde westwaarts van Stercxel."

"Protocol Schepenbank Sterksel; R.A. Den Bosch, Tax. 1897-28.

De verkoop ging in op 16 maart 1798, Zij werd in 1794 al vastgelegd.

Ga terug