Een boek over de koninklijke fanfare philharmonie van Leende

Heemkronijk jaar:2000, jaargang:39, nummer:5, pag:226 -227

EEN BOEK OVER DE KONINKLIJKE FANFARE PHILHARMONIE VAN LEENDE

door: Sjaak de Waal

 

Het zal geen inwoner van Leende ontgaan zijn dat de Koninklijke Fanfare Philharmonie in het jaar 2000 wat te vieren had. Het hele jaar zijn de dorpsbewoners eraan herinnerd dat Leendes trots na de toren, de plaatselijke fanfare, honderdvijftig jaar bestond.

Het op 5 en 6 mei 2000 gepresenteerde gedenkboek heet 150 jaar Philharmonie in Leende. De geschiedenis van de Koninklijke Fanfare Philharmonie. Het is samengesteld door Jan van Winkel, tenor-saxofonist bij de fanfare. Ook hebben tal van anderen hun steentje aan de totstandkoming bijgedragen, zoals een werkgroep met Frans Simkens, Jan Henri Thijssen en Jo Willems. Verder dorpsgenoten Wim Pompen en Cor Sweegers, die hun fotografisch materiaal beschikbaar stelden. Bovendien Piet Willems, die de teksten van Jan van Winkel persklaar heeft gemaakt, en natuurlijk Teo van Gerwen, díe voor de fraaie vormgeving verantwoordelijk is geweest. De omslag van het bij Drukkerij Snep gedrukte boek werd ontworpen naar een schilderij van Max Farjon. Het jubileumboek is een gebonden uitgave met een harde kaft, formaat A4, rijk geïllustreerd, en telt 96 bladzijden.

De inhoud bevat niet zozeer een geschiedschrijving van de fanfare als wel een overzicht van die geschiedenis. Het is vooral een kijkboek met prachtige foto's, wat de aantrekkelijkheid voor het grote publiek verhoogt. Veel Leendenaren die zelf geen lid zijn, hebben wel familieleden bij de Philharmonie of andere banden (voor mij waren dat bijvoorbeeld een broer en mijn peetoom, de legendarische dirigent Frans Groenen). Menige oudere Leendenaar ziet al bladerend door dit boek het dorp van zijn jeugd voorbijkomen. Uit de foto's blijkt op z'n minst dat de Philharmonie bij allerlei gelegenheden steeds in het hart van de Leendse samenleving heeft gestaan en nog staat.

De tekst geeft ook veel wetenswaardigheden. Na enkele algemene hoofdstukjes belandt de schrijver bij de jubilerende Leendse fanfare. Van de eerste president, J. de la Geneste (1809-1872), dateert de oudste brief van de Philharmonie, uit 1859. Merkwaardig genoeg komt in het boek een historisch document of feit betreffende de oprichting nergens ter sprake. Onder 'De Philharmonie in jaartallen' (blz. 88) wordt 1850 eenvoudig als beginjaar vermeld, zonder nadere toelichting. Uit gedenkboekjes ter gelegenheid van diverse jubilea - de oudste foto is uit 1900 (blz. 18), het jaar dat het gezelschap een halve eeuw bestond - mag dan wel blijken dat 1850 het oprichtingsjaar is, een overtuigend bewijs daarvoor ontbreekt echter in het boek. Over dirigent Peerke Versteijnen, overleden in 1908, wordt geschreven dat hij 58 jaar lid van de Philharmonie is geweest (blz. 48). Hij zal dus aan de wieg van het muziekgezelschap hebben gestaan. Ook de verlening van het predikaat 'Koninklijk' in 1960, iets waar iedere vereniging trots op zou gaan, wordt terloops gemeld. Hier had een foto van diploma, brief of ereteken behorend bij dit predikaat, niet misstaan. Er zal toch wel iets van bewaard zijn?

De Koninklijke Fanfare Philharmonie handhaaft zich duidelijk in de hoogste klasse van de amateurmuziek, de afdeling Superieur (van de FKM, naar ik aanneem, want  ik vind het nergens expliciet vermeld). Het fraaie gedenkboek toont de verwevenheid van de fanfare met de plaatselijke samenleving. Philharmonie of 'de toonkunst beminnend' is wat de Leendse ziel raakt.

Ga terug