De Brabantse dag, evenement of monument?

Heemkronijk jaar:2007, jaargang:46, nummer:4, pag:72 -74

DE BRABANTSE DAG, EVENEMENT OF MONUMENT? 

door: Ton Spoelder 

Ik was dit najaar in Rome. Omdat ons hotel in de omgeving van het Colosseum stond, liepen we meerdere malen per dag langs dit indrukwekkende gebouw. En steeds met veel genoegen. Maar toch voelde ik me klein. Niet alleen door de enorme afmetingen van deze klassieke arena. Maar vooral vanwege de bijna tweeduizend jaar die voorbijgingen sinds de eerste Romeinen hier binnenstapten. In een dergelijke historische omgeving neig ik dan snel tot relativeren. Wat stellen mijn armzalige dagelijkse beslommeringen voor in verhouding tot al die belangrijke gebeurtenissen en mensen die aan dit gebouw voorbijgingen. 

Een gevoel dat ik ook het afgelopen jaar regelmatig kreeg bij de voorbereidingen van de vijftigste Brabantse Dag.
Sinds 2004 zit ik in het bestuur van de organiserende stichting. Maanden, weken, dagen, uren en uren vergaderen, plannen, coördineren en contacten leggen. Maar mijn ploeteren valt in het niet, vergeleken met de tomeloze energie die talloze dorpsgenoten al tientallen jaren in het evenement steken. Ik ben slechts een klein radertje in die goed geoliede machine van de Brabantse Dag. Het evenement is indrukwekkend, zowel qua voorbereiding als uitvoering. En ook het vijftigjarige bestaansrecht is beslist niet alledaags. Voel ik me ook hier klein, omdat ik tegenover een monument sta? Een cultuurhistorisch monument? De Van Dale omschrijft een monument als ‘iets dat blijft bestaan’.

Zeker, voor mijn gevoel is die Brabantse Dag er altijd reeds geweest. Het evenement en Heeze worden in één adem genoemd. Verschillende sculpturen in het centrum van het dorp getuigen van die band.  De plaquette onder het nieuwste beeld, dat op 18 augustus tijdens de openingsdag onthuld werd, begint zelfs met de woorden: ‘Door de gemeenschap gedragen…’. Heeze en de Brabantse Dag lijken onlosmakelijk met elkaar verbonden. Maar blijft dit zo en ervaren andere Heezenaren het op dezelfde manier?

 

Om die vragen te beantwoorden, blik ik over mijn schouder. Niet zo enorm ver terug. Slechts tot begin vorig jaar. In die achterliggende periode zijn er een paar momenten die op de een of andere manier in mijn geheugen gegrift staan. Niet omdat ze nu zo geweldig belangrijk waren. Nee, meer omdat ze me zicht gaven op de kern van de Brabantse Dag.

 
Allereerst was daar Ad Maas die we als bestuur gevraagd hadden een boek te schrijven over het vijftigjarig jubileum. Gedreven pluisde hij in vele archieven en stuitte op een schat aan informatie. In haast ontelbare publicaties werd het evenement genoemd. Een Zwitsers naslagwerk uit 1980 schaarde de Brabantse Dag zelfs onder de honderd mooiste feesten in Europa.  Toen ik de naam
via internet bij een Google-zoekopdracht ingaf, leverde me dat bijna zevenhonderdduizend treffers op.   Zo’n berg documentatie wordt niet over een eendagsvlieg geschreven.

   
Een andere blikopener was de presentatie van het programma in maart dit jaar. Na afloop van deze drukbezochte bijeenkomst in Kapellerput werd ik door bezoekers talloze keren op hun dreigende agendaproblemen gewezen. Het publiek was zo enthousiast over de  activiteiten dat velen nauwelijks een keuze konden maken en de tweede helft van augustus liefst elke dag voor het evenement wilden reserveren.

 

Ook dit blijkt geen bevlieging. Natuurlijk wordt er vaak beweerd dat sommige Heezenaren bij hun vakantieplanning rekening houden met de Brabantse Dag. Dat blijft echter niet beperkt tot een enkeling. Ik trof velen die het de normaalste zaak van de wereld vinden om hun tijdsindeling naar het cultuurhistorische evenement te richten. Vaak zeggen ze ook niet beter te weten. Ze zijn met het evenement opgegroeid en rekenen het tot de jaarlijkse hoogtepunten. Dat geldt zeker voor de wagenbouwers. Ik meende de sfeer in de vriendenkringen te kennen na de talloze interviews die ik met hen voor het Eindhovens Dagblad had. Vanzelfsprekend zijn het groepsgevoel en de gezamenlijke prestatie belangrijk. En natuurlijk steken de leden enorm veel vrije tijd in de voorbereiding van hun bijdrage. Technische kennis en creatieve gaven zijn tevens onmisbaar. Dat bleek ook weer dit jaar, toen we met een afvaardiging van het bestuur onze traditionele rondgang langs de groepen maakten. Die laatste maandag en dinsdag vóór de optocht werden we verrast door onder meer een complete draaiende kermis, een laden- en kastenspel en een dansende liftinstallatie. Verdriet en teleurstelling als zaken niet lopen zoals verwacht. En vechtlust en passie om door te zetten. Maar vooral enorme vreugde. Een ontlading wanneer het toch weer gelukt is om de laatste zondag van augustus de wagens langs die enthousiaste mensenmenigte in de straten van Heeze te laten rollen    

Het gaf een prachtige blik in de ateliers van de Brabantse Dag. Maar tijdens die tocht proefde ik ook een ander element. Misschien is het voor de meesten wel de belangrijkste drijfveer: trots. Niet alleen trots vanwege het presteren van een groep. Maar ook fier zijn op de Brabantse Dag, omdat het vrijwel alle

 .   

menselijke emoties in zich verenigt. Geloof in eigen kunnen. Hoop op een goed resultaat. Liefde voor een dorp, een gemeenschap, een groep vrienden. 
Als ik dan zondagsavonds  tijdens de prijsuitreiking in de tent naar die juichende en feestende massa kijk, dan ben ik reuzenblij een bescheiden bijdrage geleverd te hebben. Dit moet en zal blijven bestaan! Het zijn de kippenvelmomenten bij een echt monument.

Ga terug