Streekgenoten voor het provinciaal hof in Noord-Brabant (2)

Heemkronijk jaar:2006, jaargang:45, nummer:4, pag:62 -67

STREEKGENOTEN VOOR HET PROVINCIAAL HOF IN NOORD-BRABANT (2)  

door: Sjaak de Waal 

Het eerste deel van dit artikel is verschenen in Heemkronyk, jrg. 45 (2006), nr. 3, blz. 51-56. Dat deel begon met een korte uiteenzetting over het provinciaal hof in Noord-Brabant te ’s-Hertogenbosch (verder afgekort als PH), over de aard van de vonnissen en over de aangeklaagden uit ons heemgebied. Daarna volgden alfabetische lijsten met voor het provinciaal hof aangeklaagde personen uit de voormalige gemeenten Geldrop en Zesgehuchten in de periode 1838-1877, plus aan de vonnissen ontleende bijzonderheden. In dit tweede, tevens laatste deel van het artikel worden de alfabetische lijsten voortgezet, nu met aangeklaagden uit de voormalige gemeenten Heeze en Leende in de periode 1838-1877. 

Heeze

1. Asten, Jan van, 28 jaar, geboren en wonende te Heeze, strodekker. Beschuldiging: het toebrengen van slagen. Vonnis: vrijspraak (zie ook Heeze: W. Scheepers, nummer 13). Zitting, 13-07-1852 (PH, inv.nr. 81, rolnr. 1822).

2. Asten, Willem van, 27 jaar, geboren en wonende te Heeze, schoenmaker. Beschuldiging: verwonding van een persoon. Vonnis: vrijspraak. Zitting, 27-01-1842 (PH, inv.nr. 71, rolnr. 341).

3. Baans, Johannes, 48 jaar, geboren te Zeelst en wonende te Heeze, arbeider. Beschuldiging: het toebrengen van slagen aan een in functie zijnde veldwachter waardoor bij het slachtoffer bloedstorting is veroorzaakt. Bovendien: bedelarij te Ekenrooi onder Aalst in een plaats ‘voor welke eene openbare inrigting tot wering daarvan bestaat’. Vonnis: het hof verklaart de beschuldigde eerloos, veroordeelt hem tot een gevangenisstraf van vijf jaar in een rasp- of tuchthuis en tot betaling van de proceskosten. De veroordeelde zal na het ondergaan van zijn straf naar een bedelaarsgesticht worden overgebracht. Zitting, 30-05-1848 (PH, inv.nr. 78, rolnr. 1383).

4. Berg, Francis van den, 31 jaar, geboren en wonende te Heeze, bouwman. Beschuldiging: medeplichtigheid aan diefstal van zoden uit een perceel weiland (zie ook Heeze: F. Verberne, nummer 17). Vonnis: vrijspraak. Zitting, 13-06-1855 (PH, inv.nr. 85, rolnr. 2223). 

5. Bosmans, Arnoldus, 39 jaar, geboren te Woensel en wonende te Heeze, koopman en landbouwer. Beschuldiging: het plegen van gewelddadigheden tegen Willem van Erkelens, brigadecommandant van de marechaussee, die in de stal en het woonhuis van de beschuldigde was gekomen om een overtreding van het brandreglement aan te geven. De beschuldigde had hem dreigend toegevoegd: ‘Godverd…, de deur uit of ik gooi je eruit, slechte, gemene kerel! Je komt hier slechtigheid bij mijne vrouw zoeken.’ Na diverse mishandelingen kon de marechaussee uiteindelijk ontkomen aan de beschuldigde die hem ‘onder het opheffen van een schop of spade’ had toegevoegd: ‘Als je me, godverd…, niet maakt dat je de deur uitkomt, dan sla ik je den kop in!’ ‘Welke voormelde gewelddadigheden bloedstorting en kwetsing hebben veroorzaakt. Zijnde meergenoemde brigadekommandant in de regterzijde op het voorhoofd, op de linkerwang en achter het linkeroor verwond geraakt.’ Vonnis: gevangenisstraf van één jaar in afzonderlijke opsluiting, geldboete van ƒ 8,- en betaling van de proceskosten. Vonnis na beroep: alleen betaling van de proceskosten. Zitting, 28-121864 (PH, inv.nr. 94, rolnr. 3365).    

6. Dijsseldonk, Willem van, 28 jaar, geboren en wonende te Heeze, venter, thans in hechtenis. Beschuldiging: het schrijven en leggen van een brandbrief bij de achterdeur van het huis van Gerardus en Jacomijn van den Berg te Heeze. Vonnis: gevangenisstraf van vijf jaar in een tuchthuis en betaling van de proceskosten.
64 

Zitting, 14-02-1861 (PH, inv.nr. 91, rolnr. 2961).

7. Gaalen, Leonardus van, 32 jaar, geboren te Bergeyk en wonende te Heeze, lintwerker. Beschuldiging: valsheid in geschrifte. De beschuldigde had zich als Jacobus van Gaalen bij de huzaren gemeld met een paspoort en bewijs van goed gedrag, weggehaald bij zijn broer Jacobus van Gaalen, om als vrijwilliger in dienst te treden en de voordelen daarvan te genieten. Hij had een contract voor zes jaar gekregen voor dienst bij de cavalerie en de overeenkomst met de naam Jacobus van Gaalen ondertekend. Vonnis: gevangenisstraf van drie maanden in afzonderlijke opsluiting, geldboete en betaling van de proceskosten. Zitting, 03-02-1869 (PH, inv.nr. 99, rolnr. 3649). 

8. Gennip, Hendrik Willem van, 39 jaar, geboren en wonende te Heeze, houtzager. Beschuldiging: belediging van een ambtenaar in functie. De beschuldigde had ’s avonds laat in een herberg te Helmond, kennelijk na sluitingstijd, in aanwezigheid van twee leden van de marechaussee en de plaatselijke veldwachter, toen een lid van de marechaussee de namen van de aanwezigen in de herberg in zijn zakboekje wilde noteren, herhaaldelijk op een brutale toon gezegd: ‘Zij doen mij niets. Ik heb schijt aan de policie!’ Vonnis: vrijspraak, want de woorden waren geen misdaad, wanbedrijf of overtreding. Vonnis na beroep: gevangenisstraf van drie dagen in afzonderlijke opsluiting en betaling van de proceskosten, ook van vóór het beroep. Zitting, 19-06-1867 (PH, inv.nr. 97, rolnr. 3546). 

9. Gennip, Henricus Wilhelmus van, 36 jaar, geboren en wonende te Heeze, houtzager. Beschuldiging: diefstal van een stuk spek uit de gelagkamer van een herberg te Heeze ’s avonds tijdens zijn bezoek aan die herberg. Vonnis: gevangenisstraf van 45 dagen in afzonderlijke opsluiting en betaling van de proceskosten (de opsluiting van 45 dagen werd ingevolge een brief van de minister van Justitie d.d. 13-11-1873 veranderd in een opsluiting van vijf dagen). Zitting, 17-09-1873 (PH, inv.nr. 103, rolnr. 3955). 

10. Klein, Frederik Willem, 40 jaar, geboren te Alkmaar en wonende te Heeze, arbeider, thans  

 

in hechtenis. Beschuldiging: aanranding van twee vrouwen. Maria van den Broek, 27 jaar oud tijdens het proces, was op een avond midden in de winter van 1857 op 1858 omstreeks 17.00 uur, met de beschuldigde onderweg van hun werk op het kasteel van Heeze naar huis, onverhoeds door hem overweldigd. Maria verklaarde dat de beschuldigde haar op de grond had gegooid en ‘toen zij schreeuwde, haar den mond met haren eigen handschoen heeft gestopt; dat de beschuldigde zijne broek losmaakte en hare rokken poogde op te ligten, doch dat zij zich heftig te weer stelde, hem de haren uit het hoofd trok en een slag in het aangezigt gaf die hem het bloed uit de neus deed springen, waarvan zij later de vlekken op hare muts en doek gezien heeft; dat op dien slag de beschuldigde haar heeft losgelaten en zij met achterlating van een klomp en handschoen op huis is aangeloopen, terwijl de beschuldigde haar nariep te zwijgen en haar een kwartje aanbood’. Antonetta Hurkmans, 39 jaar oud tijdens het proces, getuigde dat de beschuldigde op 7 september 1860 omstreeks 20.00 uur op de openbare weg te Heeze ‘bij haar is gekomen, haar onverwachts om den hals gepakt en getracht heeft haar te zoenen, waartegen zij zich verzet heeft; dat hij haar
 65

toen opgenomen heeft, over eene sloot achter eene heg gedragen, op zijne knie gezet, zijne hand onder hare rokken gestoken, hare schaamdeelen betast en op het aankomen van menschen losgelaten heeft en weggeloopen is’. Vonnis: tuchthuisstraf van vijf jaar en betaling van de proceskosten. Zitting, 18-08-1862 (PH, inv.nr. 92, rolnr. 3137).

11. Kuijten, Daniël, 53 jaar, geboren te Leende en wonende te Heeze, arbeider. Beschuldiging: diefstal ’s nachts door meer dan één persoon. Gedaagde was ’s nachts in de tuin van de weduwe Bakermans te Heeze ‘betrapt op het plukken en zich alzoo arglistig toeëigenen van ongeveer een vat appelen, in eenen daartoe medegebragte zak verzameld’. Vonnis: gevangenisstraf van tien dagen en betaling van de proceskosten. Zitting, 30-01-1854 (PH, inv.nr. 83, rolnr. 1981). 

12. Lindt, Peter Johannes van, 30 jaar, geboren te Overpelt en wonende te Heeze, wever. Beschuldiging: diefstal van ongeveer dertien vaten aardappelen uit de schuur van Adam Schoonenberg te Heeze ’s nachts door inklimming in een bewoond huis door meer dan één persoon (zie ook Heeze: L. Tijssen, nummer 14,  E. Valkenberg, nummer 15, en P. van der Velden, nummer 16). Vonnis: drie maanden gevangenisstraf  (verzachtende omstandigheden wegens de geringe waarde van het gestolene en de ‘gulle’ bekentenis der beschuldigden) en betaling van de proceskosten. Zitting, 17-06-1847 (PH, inv.nr. 76, rolnr. 1189).

13. Scheepers, Willem, 23 jaar, geboren te Achel en wonende te Heeze, bouwman. Beschuldiging: het toebrengen van slagen aan Jan Donkers. Vonnis: vrijspraak (zie ook Heeze: J. van Asten, nummer 1). Zitting, 1307-1852 (PH, inv.nr. 81, rolnr. 1822).

14. Tijssen, Leonardus, 54 jaar, geboren te Beek en Donk en wonende te Heeze, arbeider. Beschuldiging, vonnis, datum van de zitting en opgave van de bron: idem als bij Peter Johannes van Lindt (zie Heeze, nummer 12).

15. Valkenberg, Egidius, 50 jaar, geboren en wonende te Heeze, wever. Beschuldiging, vonnis, datum van de zitting en opgave van de
bron: idem als bij Peter Johannes van Lindt (zie Heeze, nummer 12).

 

16. Velden, Paulus van der, 41 jaar, geboren en wonende te Heeze, wever. Beschuldiging, vonnis, datum van de zitting en opgave van de bron: idem als bij Peter Johannes van Lindt (zie Heeze, nummer 12).

17. Verberne, Francis, 34 jaar, geboren te Maarheeze en wonende te Heeze, dienstknecht. Beschuldiging: diefstal van zoden uit een perceel weiland (zie ook Heeze: F. van den Berg, nummer 4). Vonnis: vrijspraak. Zitting, 13-06-1855 (PH, inv.nr. 85, rolnr. 2223). 


Leende.

1. Bax, Jan Francis, 24 jaar, geboren te Valkenswaard en wonende te Leende, arbeider. Beschuldiging: diefstal door inklimming in een bewoond huis te Lierop. Vonnis: gevangenisstraf van drie jaar en betaling van de proceskosten. Zitting, 20-071847 (PH, inv.nr. 77, rolnr. 1214).1

2. Bax, Pieter, 22 jaar, geboren en wonende te Leende, landbouwer. Beschuldiging: diefstal ’s nachts van gemaaid, te velde staand graan door meer dan één persoon (zie ook Leende: G. van Veldhoven, nummer 11). Vonnis: vrijspraak. Zitting, 03-10-1850 (PH, inv.nr. 79, rolnr. 1607).

3. Broek, Johannes van den, 39 jaar, geboren en wonende te Leende, jachtopziener. Beschuldiging: diefstal door braak ’s nachts in een bewoond huis en het tot negen keer toe schrijven en verspreiden van brandbrieven. Vonnis: tepronkstelling, d.w.z. veroordeling ‘teneinde aldaar op een daartoe opgerigt schavot gedurende een half uur te worden te pronk gesteld met een papier op de borst, waarop zijne misdaad zal staan uitgedrukt’. Bovendien: gevangenisstraf van twaalf jaar in een rasp- of tuchthuis en betaling van de proceskosten. Zitting, 02-07-1847 (PH, inv.nr. 77, rolnr. 1148).
                                                

1 Het proces tegen Jan Francis Bax uit Leende is al eerder in dit tijdschrift behandeld. Zie daarvoor het artikel van Sjaak de Waal, ‘Een dief ‘van deftige familie’ uit Leende’ in Heemkronyk, jrg. 43 (2004), nr. 2, blz. 31-36.
66   

4. Deurzen, Arnoldus van, 31 jaar, geboren en wonende te Leende, bouwman. Beschuldiging: ‘de persoon van Martinus Engelen moedwillig te hebben gestooten, met geweld aangegrepen, met hem te hebben geworsteld en gevochten en opzettelijk aan diens kleederen schade te hebben toegebragt door met het een of ander scherp snijdend werktuig daarin eenige sneden toe te brengen te Leend ter hoogte van het Marktveld en van het gehucht Boshoven’. Vonnis: gevangenisstraf van twee weken, geldboete van ƒ 15,- en betaling van de proceskosten. Vonnis na beroep: alleen betaling van de proceskosten, ook die van vóór het beroep. Zitting, 05-03-1862 (PH, inv.nr. 92, rolnr. 3062).

5. Doetzenburg, Franciscus, 55 jaar, geboren te Valkenswaard en wonende te Leende, metselaar. Beschuldiging: smokkel van dertig
kilo geraffineerd zout vanuit België naar Nederland en verhindering aan rijksambtenaren ‘van werkzaamheden door op hunne aanvrage tot visitatie van het door hem gedragen wordende pak en van zijn persoon niet staande te blijven en zich aan die visitatie te onttrekken door de vlucht en door te waden door eene moeras en eene rivier, altijd het pak dragende’. De beschuldigde was onder Leende op de hei bij de Achelse Kluis ontkomen aan vier commiezen die hem achterna gezeten en gesommeerd hadden om te blijven staan. Doetzenburg had het pak met zout onder het lopen uiteindelijk weggegooid. Door  


tegenstrijdige getuigenverklaringen over het voorgevallene kon zijn schuld niet bewezen worden. Vonnis: vrijspraak. Zitting, 20-011875 (PH, inv.nr. 105, rolnr. 4057). 6. Jutten, Jan Francis, 48 jaar, geboren en wonende te Leende (Leenderstrijp), landbouwer. Beschuldiging: het toebrengen aan Jan Verhoeven te Leenderstrijp van ‘een slag met het platte gedeelte eener schup’.Vonnis: veroordeling van de gedaagde tot veertien dagen gevangenisstraf en betaling van de proceskosten. Zitting, 15-06-1842 (PH, inv.nr. 71, rolnr. 402).
 67 


 

7. Leemans, Theodorus, 32 jaar, geboren en wonende te Leende, stoelenmaker. Beschuldiging: verwonding van een persoon, met voorbedachten rade. Vonnis: gevangenisstraf van zes maanden in afzonderlijke opsluiting; ‘met voorbedachten rade’ was niet overtuigend bewezen, daarom op dit punt vrijspraak. Veroordeling tot betaling van de proceskosten. Zitting, 02-101856 (PH, inv.nr. 86, rolnr. 2413). 

8. Maas, Hendrik, 52 jaar, geboren en wonende te Leende, bouwman. Beschuldiging: diefstal (door zijn zoon Peter) van gras en riet van een perceel van François Trouwen te Leende. Vonnis: vrijspraak omdat de beschuldigde ten onrechte vervolgd was. Peter Maas bleek namelijk de dader, niet zijn vader Hendrik Maas. Zitting, 23-11-1842 (PH, inv.nr. 71, rolnr. 470).

9. Meene, Abraham van, 17 jaar, geboren te Budel en wonende te Leende, zonder beroep, thans in hechtenis. Beschuldiging: het in brand steken van ‘de schuur vereenigd met de woning van den landbouwer Wilhelmus van den Berg te Leende’ (zie ook Leende: F.N. van Meene, nummer 10). De gebroeders Van Meene, zonen van een belastingambtenaar, woonden destijds te Leenderstrijp waar ze brand hadden gesticht in een boerderij gelegen ter plaatse van het huidige adres Strijperstraat 31. Tijdens het verhoor gaf Abraham van Meene als aanleiding voor het misdrijf op dat
‘men bij Van den Berg karnemelk geweigerd had, die daar door hem gehaald werd’. Frans Nicolaas van Meene gaf als aanleiding op ‘dat hij wist dat men boos op hem was omdat hij eenige wortelen op het land van Van den Berg had uitgeplukt’. Vonnis: gevangenisstraf van vijf jaar in een tuchthuis en betaling van de proceskosten. Zitting, 09-07-1867 (PH, inv.nr. 97, rolnr. 3552).2

10. Meene, Frans Nicolaas van, 15 jaar, geboren te Budel en wonende te Leende, zonder beroep, thans in hechtenis. Beschuldiging, datum van de zitting en opgave van de bron: idem als bij Abraham van Meene (zie Leende, nummer 9). Vonnis: vrijspraak omdat de aangeklaagde, jonger dan zestien jaar, gehandeld heeft ‘zonder oordeel des onderscheids’. Echter bevel tot plaatsing in een verbeterhuis gedurende vier jaar.3

11. Veldhoven, Godefridus van, 42 jaar, geboren te Heeze en wonende te Leende, landbouwer. Beschuldiging, datum van de zitting en opgave van de bron: idem als bij Pieter Bax (zie Leende, nummer 2). Vonnis: gevangenisstraf van één jaar en betaling van de proceskosten; teruggave van het gestolene. 12. Waal, Jan de, 59 jaar, geboren en wonende te Leende, landbouwer. Beschuldiging: verkoop van turf zonder vergunning te Geldrop en bedrijfsmatig gebruik van een paard waarvoor geen belasting was betaald. Vonnis: vrijspraak. Zitting, 28-01-1846 (PH, inv.nr. 75, rolnr. 970).          
                                               

  2 Zie over de brandstichting door Abraham en Frans Nicolaas van Meene (ook gespeld als ‘Meenen’) tevens Max Farjon, Het Gilde St-Jan Baptista & Leenderstrijp. 350 jaar historie en gebruiken, Leenderstrijp 1995, blz. 2h2. Jean Coenen, Leende. Geschiedenis van een dorp met een ondernemende bevolking, Leende 1997, blz. 216-217. Sjaak de Waal, ‘Het passantenhuis in Heeze (2)’ in Heemkronyk, jrg. 45 (2006), nr. 2, blz. 35. 3 Zie noot 2.
68 

Ga terug