Opnieuw bodemvondsten in Leenderstrijp

Heemkronijk jaar:1980, jaargang:19, nummer:3+4, blz.77 -79

OPNIEUW BODEMVONDSTEN IN LEENDERSTRIJP

door: Drs. W.H.Th. Knippenberg

De bodem rond de nieuwe boerderij van de heer Kardinaal te Leenderstrijp (zie Heemkronijk 16, 1977, p. 4-8; 18, 1979, p. 63-65) blijkt steeds voor nieuwe verrassingen te zorgen. Wederom zijn er twee fragmenten gevonden van middelgrote pijpaarden beeldjes; slechts van een exemplaar is de voorstelling met zekerheid te bepalen. Het kopje en het bovenlijf van het kind Jezus met een kralensnoer rond de hals wordt gesteund door de rechterarm en de fijn gevormde hand van zijn moeder Maria. Dit fragment moet afkomstig zijn van een Madonnabeeld, beschreven in de cataloog van het Centraal Museum te Utrecht uit 1928. Onder nr. 3441 staat opgegeven: "Vormen van de voor- en achterzijde van een beeldje, voorstellende de Heilige Maagd met het Christuskind op den rechterarm, op geprofileerd voetstuk met bogenfries. Pijpaarde, hoog 0,28 m. Tweede kwart XVe eeuw. Met afdruksel in pijpaarde. Gevonden in den wal bij de Tolsteegpoort (zie afb. 23). Twee exemplaren van een dergelijk beeldje werden omstreeks 1858 opgegraven in de ruïnes van het klooster te Diepenveen". Het fragment uit Leenderstrijp, 5½ cm hoog, staat op de foto afgebeeld naast een afgietsel van het model nr. 3441, dat rond 1922 door de firma Goedewaagen te Gouda naar de Utrechtse vorm werd gemaakt.

De vraag blijft nog open, of de pijpaarden beeldjes uit Leenderstrijp niet afkomstig zijn van een aldaar verdwenen kloostergoed. 0ok te Den Dungen zijn diverse pijpaarden beeldjes opgegraven in de grond van een voormalig klooster op Eikendonk (zie Brabants Heem 22, 1970, p. 72-73; 25, 1973, p. 29-30).

Een geheel andere vondst betreft een koperen munt, een oord, van de Spaanse koning Philips II uit 1590, geslagen te ‘s-Hertogenbosch. Toen keizer Karel V in oktober 1555 afstand deed van de troon, erfde zijn zoon Philips II de Nederlanden. Tegen hem kwamen in 1572 de provincies Holland en Zeeland in opstand en in 1576 sloten andere provincies zich aan bij de strijd tegen de Spaanse legers in ons land. In 1581 verklaarden de Staten-Generaal dat zij de koning niet meer als soeverein erkenden. Toch bleven in de daarop volgende jaren enige munthuizen in de Zuidelijke Nederlanden munten slaan met de afbeelding van Philips II. Zo heeft de muntplaats 's-Hertogenbosch nog dergelijke munten geslagen in de jaren 1581-1585 en 1587-1598. Het waren echter vooral munten met lagere waarden en bijna uitsluitend koperen oordjes (ongeveer 737.000 exemplaren) en duiten (ongeveer 538.000 exemplaren).

De in Leenderstrijp gevonden munt is zulk een oordje, dat dus te 's-Hertogenbosch in grote aantallen is geslagen; het heeft een middellijn van 26 mm. Op de voorzijde staat het borstbeeld van de koning naar links en het randschrift: 

"PHS.D:G.HISP.Z.REX.DVX.BT (Philippus Dei Gratia Hispaniae etc. Rex, Dux Brabantiae = Philips, door Gods Genade Koning van Spanje enz., hertog van Brabant). Tussen 15 en 90 staat het boompje als stadsteken van de muntplaats ‘s-Hertogenbosch. Philips regeerde van 1555 tot 1598.

Op de keerzijde met het gekroonde wapen staat het randschrift: "DOMINVS.MIHI.ADVITOR (De Heer zij mijn helper). “

Ook deze verloren zakcent verwijst evenals de gevonden put en het talrijk aardewerk naar een of andere grote hoeve ter plaatse in de zestiende eeuw.

Literatuur:

W.H.Th. Knippenberg, Devotionalia, Eindhoven 1980, p. 191-195 (pijp- aarden beeldjes);

H. Enno van Gelder et Marcel Hoc, Les monnaies de Pays-Bas Bourguignons et Espagnols, Amsterdam 1960, nr. 232-4 b. (Spaanse munt). 

 

Ga terug