Kasteel Eimerick gerestaureerd.

Heemkronijk jaar:1975, jaargang:14, nummer:1+2, blz.1 -3

KASTEEL EIMERICK GERESTAUREERD

door: J.Aerts

"Het oude kasteel Heeze", schreef P.Panhuizen boven de tekening die hij aan het begin van deze eeuw maakte van kasteel Eimerick. Thans is het kasteel grotendeels weer terug gebracht in de toestond waarin het omstreeks 1900 verkeerde. De aan bouw die rechts op de tekening tegen het kasteel leunt, is waarschijnlijk bij de restauratie van ± 1912 afgebroken. De trapgeveltjes die toen werden aangebracht zijn thans weer vervangen door topgevels zoals we die op de tekening zien.   

De restauratie van kasteel Eimerick in het monumentenjaar 1975 is veruit de belangrijkste gebeurtenis die op dit terrein in het werkgebied van onze kring heeft plaatsgevonden. Vanaf het begin van dit jaar is er hard aan gewerkt waardoor de werkzaamhedenheden juist voor de Brabantse Dag gereed waren.

De resten van het oude Eimerick, kasteel der heren van Heeze en Leende, hebben een nieuwe glans gekregen, of eigenlijk moeten we zeggen, hun oude herkregen. Het fraaie rechthoekige, omgracht gebouw met zadeldak en gewelfde kelders met muren van 1.40 meter dik, moet voor de duizenden bezoekers van de tentoonstellingen van de stichting Brabantse Dag wel een lust voor het oog geweest zijn. Met grote zorg is hier gewerkt aan de instandhouding van het meest tastbare bewijs uit een periode van de geschiedenis der heerlijkheid die nog veel studie en opheldering vereist. We mogen wel als vrij zeker aannemen, dat een van de Horner heren van Heeze deze nieuwbouw van Eimerick heeft laten uitvoeren. Dirk Loef van Horne, de bouwheer van Loevestein, zal het vermoedelijk wel niet geweest zijn (overleden in 1390).

Diens zoon Arnoud bezat de heerlijkheid maar tot 1404 en werd opgevolgd door zijn oudste zoon Jan van Horne. De eerste leenverheffing van Heeze en Leende in het leenregister van griffier Strick is die van Jan van Horne:

"Her Jan van Heurne, heere van Bauseygnis, hout die dorpen, goeden ende heerlicheyden van Heze ende Leende mitten heerlicheyden, hooghe, middel ende leeghe, (volledige rechtspraak) collatien van benefitien (begeving of voordracht van kerkelijke ambten met inkomsten) mit eender hofstadt mitten huysen ende boomen daarop staende ende den grave (gracht) daerom gaende mitter weyden ende cleynen bosschelken daerachter aenligghende, gheheiten thuis (kasteel) van Emerick gheleghen te Heze, ende een ander bosschelken gheheiten Merlebosch gheleghen aan die moelen (molen)".  

Historisch is (nog) niet aan te tonen wie de nieuwbouw van Eimerick, wat het ongetwijfeld is geweest, op zijn naam heeft staan. Het is niet onmogelijk, dat Jan van Horne de bouwheer is geweest van dat gedeelte van kasteel Eimerick wat er nu nog staat. Hij was 32 jaar lang heer van de heerlijkheid (1404-1436).

Maar zijn zoon Philips, geboren in 1421, komt eveneens in aanmerking als bouwheer van Eimerick. Philips verheft de heerlijkheid op 7 oktober1436 en toen hij in 1488 stierf, was hij 52 jaar lang heer van Heeze en Leende geweest. Deze op en top edelman uit het Bourgondische tijdperk hebben we dit jaar in de ommegang van de Brabantse Dag kunnen zien. Philips van Horne met zijn echtgenote Johanna van Lannoy en talrijk gevolg in een historisch en heraldisch uitstekend verzorgde uitbeelding was een wezenlijk bezienswaardig onderdeel van de ommegang. Philips‘ zoon en opvolger, Arnoud, overleed in 1505.

De hiervoor aangehaalde leenovergang van Jan van Horne in 1404 hebben we met opzet even gerekt tot en met "Merlebosch" omdat dit de naam is geworden van de dit jaar gebouwde nieuwe school in het bestemmingsplan "Nieuwe Hoeven". Het gebruik van deze mooie oude naam is hier volkomen terecht toegepast.

lk houd het er voorlopig op, dat deze naam in later tijd is verworden tot "Heezerenbosch". Hebt U een andere mening en een etymologie van "Merlebosch", dan zullen wij dat graag van U vernemen.

In de 16de eeuw moet kasteel Eimerick in verval zijn geraakt. Philips baron van Leefdael zegt daarover in zijn beschrijving van de Meierij van ‘s Hertogenbosch (± 1640), (Bijdragen van het Provinciaal Genootschap van Kunsten en Wetenschappen in Noord-Brabant, 1918, dl. II,  blz. 35-36);

"Van ghelycken een seer out casteel aldaer gheleegen, ghenaemt Emerick, als blijckt in den leenhove van Brabant van het kartier van ‘s Hertogenbosch fol. 171, ende soo langen tijt ruineux gheweest, dat op de meuren en fondamenten eenen eyckenboom van meerckelycke groote ghewassen was; dan is nu in een 30 jaeren herwaert  ten deeIe weder opghebout".

Het is niet meer na te gaan welk gedeelte toen is herbouwd omdat nu alleen nog het 15e eeuwse gedeelte van Eimerick over is. Waarschijnlijk hebben we hier te maken met een verbouwing van Renée van Renesse, graaf van Warfusée, die nadat hij in 1615 eigenaar was geworden wel vernieuwingen zal hebben laten uitvoeren. De barokke Geertruidakapel en het tuinpaviljoen bij kasteel Gaasbeek herinneren ons nu nog aan zijn drang om veel en mooi te bouwen.

De restauratie van kasteel Eimerick mag bijzonder geslaagd genoemd worden. Als ik mij goed herinner, is het plan voor deze restauratie op verzoek van baron Van Tuyll van Serooskerken gemaakt door ir. Geenen nog voordat het kasteel op de monumentenlijst was geplaatst. De trapgevels, die omstreeks 1912 waren aangebracht, hebben nu weer plaats moeten maken voor de oorspronkelijke topgevels waartussen het zadeldak ligt ingeklemd. Het metselwerk aan de buitenzijde is geheel vernieuwd evenals de dakbedekking. De kap en de zoldering zijn hersteld en daar waar nodig vernieuwd. Hier is werkelijk sprake van restauratie in de zin van behoud en terug brengen in de oorspronkelijke toestand. De aanblik van Eimerick is zonder meer briljant te noemen; de prachtige vensters met korfbogen en de hijsventers in de zuid- en oostgevels met de fris geschilderde luiken en deuren in rood en wit (de kleuren van de familie Van Tuyll van Serooskerken) maken het geheel tot een feest voor het oog. De sfeer op het binnenplein van Eimerick deed Henk van Ulsen, tijdens de openingsbijeenkomst van de Brabantse Dag dit jaar, herinneren aan het Prinsenhof te Delft en bracht Marie Cecile Moerdijk tot een virtuoze vertolking van haar eigen lied over de Brabantse Dag; "Heeze, parel van het Brabantse land". En het Thebaans kwartet van de Stad Antwerpen had voor zijn monumentale muzikaliteit geen beter dekor kunnen wensen.

Met deze restauratie is kasteel Eimerick als kultuur-historisch monument van grote waarde bevestigd.

Ga terug